Spreeuw
De spreeuw is een luidruchtige, zwartglanzende vogel met een spitse snavel.
2 - 3 jaar
ze zijn dol op emelten en andere insectenlarven. In de winter eten ze vooral fruit, bessen en zaden
Spreeuwen zijn monogaam tijdens het broedseizoen
ze hebben verschillende habitats, waaronder bossen, parken, tuinen en steden.
levendig, nieuwsgierig en sociaal.
De mannen verleiden de vrouwen met een mooie nestholte Met opgezette veren en geflapper trekt hij de aandacht.
Hoe herken je de spreeuw?
- zwart verenkleed met paarsgroene glans en geelwitte spikkels
- vrij lange, spitse snavel (geel in het broedseizoen, donker in de winter)
- in de broedperiode hebben mannetjes een blauwige ondersnavelbasis (lichtroze bij vrouwtjes)
- Jonge spreeuwen hebben tot in september een vaalbruin, onopvallend verenkleed met lichte keel
Een spreeuw heeft een zwart verenkleed met een iriserende glans van paars, groen en blauw. In de winter heeft het verenkleed opvallender witte spikkels. Ook de kleur van de spitse snavel verandert; in het broedseizoen is deze geel, daarbuiten zwartgrijs. In tegenstelling tot de merel, stapt of waggelt de spreeuw terwijl hij eten zoekt (een merel hipt).
Het geluid van de spreeuw
Spreeuwen kunnen minutenlang aan een stuk door zingen. Het geluid dat ze hierbij maken klinkt vaak meer als een soort gekwetter dan een gefluit. Spreeuwen zijn goed in imiteren. Sommige spreeuwen maken complexe imitaties van andere vogels maar ook van omgevingsgeluiden.
Hoe leeft de spreeuw
Wat eet de spreeuw?
De spreeuw peutert met haar lange spitse snavel in het gras, op zoek naar emelten (dikke larve van de langpootmug) en andere insecten(larven). Koeienvlaaien zijn daarom erg geliefd. In het najaar en de winter staat fruit (o.a. kersen, druiven, vogelkers en appels) op het menu.
Hoe plant de spreeuw zich voort?
April is het startsein voor het broedseizoen. Spreeuwen vormen paartjes en broeden in holtes van bomen, in nestkasten, gaten en kieren van gebouwen. Vooral holtes op grotere hoogtes (> 7 m) zijn in trek. Ze broeden vaak met meerdere koppeltjes in dezelfde buurt. Het mannetje neemt de nestbouw grotendeels op zich. Spreeuwen hebben vaak twee legsels per jaar, elk goed voor drie à vijf eieren. De eieren worden een kleine twee weken bebroed door het vrouwtje. De jongen worden door beide partners gevoederd. Na drie weken vliegen de jongen uit
Na het broedseizoen zoeken ze elkaar op en vormen soms zeer grote groepen.
Waar vind je de spreeuw?
De soort komt algemeen voor in tuinen en steden, maar ook in parken en loofbos met voldoende boomholtes. Voedsel zoeken ze vaak op gazons en in weilanden.
de spreeuw is een trekvogel, hoewel niet alle spreeuwen migreren. Sommige spreeuwen zijn standvogels en blijven het hele jaar door in België, terwijl andere spreeuwen migreren naar het zuiden in de winter en terugkeren naar het noorden om te broeden in de lente en zomer.
Spreeuwen vind je vaak op in grote groepen bij elkaar in weilanden of grasvelden, op zoek naar voedsel. In de zomer kan je grote aantallen vinden in boomgaarden (vooral kersen zijn erg gegeerd). Ze troepen soms ook samen op verlichtingspalen of op hoogspanningslijnen.
In het voor- en najaar verplaatsen spreeuwen zich in grote zwermen. Tegen zonsondergang vormen ze wonderlijke spreeuwenwolken voor ze richting gezamenlijke slaapplaats vliegen.
> Bekijk deze soort op waarnemingen.be
Kom deze soort veel voor
De spreeuw is een van de meest voorkomende vogelsoorten in Belgie. In de wintermaanden kan het aantal spreeuwen nog toenemen door de migratie van spreeuwen uit noordelijke streken
Leer soorten herkennen en geef je waarnemingen door
Trek met je telefoon naar buiten en identificeer soorten met de gratis app ObsIdentify: de natuurherkenner in je broekzak. Door je waarnemingen op te slaan, lever je tegelijk een belangrijke bijdrage aan het onderzoek rond soorten. Download de app hier:
Ontvang nieuws over onze natuur en activiteiten rechtstreeks in je mailbox.
Abonneer je op onze nieuwsbrief