Doelsoorten LIFE Vochtig Haspengouw
Hieronder lijsten we een reeks belangrijke doelsoorten op voor Natuurpunt vzw. De soorten zijn typisch voor de Europese habitats waarvoor het gebied is aangewezen.
Ze vormen de centrale doelstelling van dit project. Deze soorten zijn bijna allen rode lijstsoorten op Vlaams niveau en genieten ook vaak Europese bescherming. Het achteruitgaan van kwaliteit en kwantiteit van hun typische biotoop bedreigt deze soorten in de regio.
Vogels
Het projectgebied is belangrijk voor volgende soorten: IJsvogel, Blauwborst, Boomleeuwerik, Wespendief, Roerdomp en Middelste bonte specht. Dankzij de maatregelen binnen het LIFE-project verbeteren de biotopen van de doelsoorten.
Door het herstel van open gebied (vooral natte ruigte) vanuit populierenaanplant stijgen de kansen op kolonisatie van nieuwe gebieden door de blauwborst. De ijsvogel is gebonden waterbiotopen met goede doorzichtigheid van het water omdat hij vist op het zicht van boven het wateroppervlak.
De belangrijke broedvogelsoorten wespendief en middelste bonte specht hebben baat bij de acties ten gunste van de boshabitats. Meetbare effecten worden vooral op langere termijn zichtbaar aangezien beide soorten verkiezen eerder oude bossen als leefgebied.
Door heideherstel kan de aanwezige populatie van de boomleeuwerik uitbreiden ten noorden van het vijvergebied.
Als gevolg van het dichtgroeien van het vijvergebied met bomen en struweel en door het eenzijdige voormalige beheer verdween de roerdomp als broedvogels. Recente beheerwerken leidden reeds tot een terugkeer als jaarlijkse overwinteraar.
Zoogdieren
In het gebied komen verschillende soorten vleermuizen voor, watervleermuis, baardvleermuis, franjestaart, laatvlieger en rosse vleermuis. Al deze dieren hebben baat bij goed ontwikkeld, structuurrijk bos. Inrichtingsmaatregelen houden steeds rekening met de vereisten van deze soortgroep.
Voor de das ligt het projectgebied in het Vlaamse hoofdverspreidingsgebied. Het is dus van belang dat de acties dit zoogdier ten goede komen. Dit gebeurt vooral onrechtstreeks door bvb. verhoogd voedselaanbod in kwalitatieve habitats.
Amfibieën en reptielen
Hazelwormen leven vooral in droge tot matig vochtige boshabitats en heiden. Deze soort heeft baat bij de uitbreiding van het bosbiotoop, en houdt zich bovendien graag op in de overgangszones. Gezien Natuurpunt ook veel aandacht besteedt aan de kwaliteit van de bosbiotopen, met o.a. veel dood hout en aansluitende kleine landschapselementen, ontstaat bijkomend leefgebied. Levendbarende hagedis verkiest vooral vochtige heideterreinen als leefgebied. De uitbreiding van het heidebiotoop in het Munsterbos biedt bijkomende kansen voor deze soort. Ook de boomkikker, een van de zeldzaamste amfibieën van België, leeft nog in deze valleien